Nadat DAF 44 en 55 op de markt waren verschenen, werd het in '67 tijd om de Daffodil onder handen te nemen. De Daffodil werd voorzien van het nummer 33.
Uiterlijk was de 33 nauwelijks te onderscheiden van zijn voorganger. De 33 had enkele nieuwe veiligheidsvoorzieningen, andere typeaanduidingen en een fractie meer vermogen. De 33 was in twee uitvoeringen leverbaar. De Standaard en de 'L' (van de Luxe). Een buitenspiegel behoorde echter nog steeds niet tot de uitrusting en moest als accessoire gemonteerd laten worden.
Het tweede type 33 (vanaf 8-’69) nam enorm aan comfort toe. De simpele versie werd omgedoopt tot 33 Comfort en de Luxe heette nog steeds 'L'.
De bestel/combi en pick-up uitvoeringen van de 33 bleven in alle stilte gewoon leverbaar. Echte succesnummers werden het nooit, al won de bestelversie aan populariteit toen de PTT deze wagens voor het bestelwerk ging gebruiken. In 1971 werd de pick-up uit het programma geschrapt. In 1974 kwam ook een einde aan de andere 33-varianten. Totaal productieaantal in 7 jaar: 131.618. In totaal zijn er tussen 1967 en 1971 1.528 pick-ups geproduceerd.